Op donderdag 1 augustus 1946 vond in café Harwig de vergadering plaats, welke zou leiden tot de oprichting van de voetbalafdeling. Het initiatief tot deze vergadering lag bij een aantal Hammer voetballiefhebbers, zoals de heren Teisman, v.d. Dikkenberg, Brokke, Schaapman, Koers, Steen en Teusink. Of het nu kwam, doordat er te weinig ruchtbaarheid aan
deze bijeenkomst gegeven was of omdat ook hier de Hammer stelregel ” Kiek’n wa’t wödt” opgeld deed, het feit blijft, dat de opkomst bedroevend slecht was.
Onverdroten bleven de initiatiefnemers doorgaan en vasthouden aan hun ideaal.
Binnen de Hammer grenzen kon men geen speelveld op de kop tikken, zodat er uitgeweken moest worden naar Eerde. Daar werd tegenover de oprijlaan naar Het Kasteel een stuk voetbalgrond ontgonnen dat de naam “veld” niet kon wegdragen. De officials van de KNVB-afdeling “Twenthe” hadden bij de aanmelding en de daarop volgende keuring dan ook niet veel tijd nodig om een negatief oordeel uit te spreken. Volgens de kenners deugde er echt niets van. IJlings ging men op zoek naar vervangende speelruimte, waarbij men zich via een bestuurslid, dat werkzaam was op Kasteel Eerde, zowaar wist te verzekeren van de toestemming gebruik
te maken van het voetbalveld van de Quakerschool!
Hier speelde Den Ham dus haar thuiswedstrijden. Aanvankelijk beperkte zich het optreden tot vriendschappelijke ontmoetingen, maar vanaf het seizoen 1947-1948 werd hier ook competitie gespeeld. Dat hier veel publiek op afkwam, lijkt niet erg waarschijnlijk, gezien de zeer ongunstige ligging van het terrein (op ongeveer 5 km. van het dorp) en vanwege het feit dat Den Ham toen nog niet bepaald voetbalminded was.
Dat hier echter voorzeker wel voetbalhistorie geschreven werd, moge duidelijk worden uit het volgende hoofdstuk.